1Vet de soufflépotjes in met zachte boter, bestrooi met suiker en zet deze in de vriezer.
2Ontvet een bekken en garde van de keukenmachine met heet water en een scheutje azijn.
3Scheid de eieren en doe de eiwitten (4 stuks) in het bekken.
4Klop deze schuimig en voeg langzaam de suiker toe (al kloppend).
5Klop door tot een mooi stevig, glimmend schuim.
6Meng ondertussen de eidooiers (3 stuks) met de kwark, honing en zetmeel.
7‘Vouw’ de geslagen eiwit door het kwarkmengsel en doe dit mengsel in een spuitzak.
8Vul de besuikerde potjes en strijk strak af met een paletmes.
9Veeg het randje schoon met je vinger en bewaar in de vriezer tot gebruik.
Kaneel roomijs
1Breng de room, melk, suiker en kaneelstokjes aan de kook en laat 15 minuten trekken.
2Roer de eidooier los met iets koude melk en giet hierop het kokende roommengsel.
3Zet de pan terug op het vuur en gaar de massa al roerende tot 82ºC.
4Zeef de ijsmassa en koel dit terug op ijswater.
5Vervolgens opdraaien in de ijsmachine en dan bewaren in de vriezer.
Appelcompote
1De appelblokjes met de geleisuiker en het sap en rasp van de citroen zachtjes laten koken gedurende ongeveer 12 minuten.
2Laat dit afkoelen en voeg de fijngehakte verveine toe.
Serveren
Bak de soufflés in een voorverwarmde oven van 160ºC voor ongeveer 13 minuten. De appelcompote in de steker
op het bordje plaatsen. Hierop een mooie quenelle kaneelijs leggen en een klein topje veeveine. De soufflé rijkelijk bestrooien met verveinesuiker (of poedersuiker) en deze naast de compote op het bord plaatsen.
Direct serveren!